Ruiter de Witt, Maria Ruiter de Witt, geb. 1947
Maria de Ruiter de Witt volgde enkele masterclasses bij Sierk Schröder en verwierf in 1992 de titel “Maitre du Pastel” van de “Société des Pastellistes de France”. Geliefde onderwerpen zijn: mensen in hun dagelijkse doen, dieren, bloemen en portretten. Jan Pieter Glerum sprak bij deze gelegenheid op geestige wijze over het gerommel in modern en zappend kunstenland en prees zich gelukkig dat er nu eindelijk een klein maar fijn centrum bestond voor “kunst die wat voorstelt”. Het werk van Maria vond hij daar zeker van getuigen. Maria de Ruiter de Witt tekende al op jonge leeftijd, aanvankelijk met Oost-Indische inkt en papier. Bloemen, landschappen, portretten van bekende Nederlanders, daar begon ze mee. Haar schoonouders stimuleerden haar om dit tekentalent nader te onderzoeken en te ontwikkelen, grotendeels op autodidactische wijze. Later sloot ze zich aan bij het Hoornse tekengenootschap Debutade en was ze actief bij de Blauwe Schuit, eveneens in Hoorn. Al snel bleek haar voorliefde voor het werken met pastel, een moeilijke techniek. De mens in zijn dagelijks leven stond daarbij centraal. Tijdens studiereizen naar Frankrijk, Italië, Tsjechië en Hongarije, waar ze inspiratie opdeed, kon ze haar pasteltechniek verfijnen en tot in de puntjes leren beheersen. Haar zoektocht naar haar talent, specialisatie en inspiratiebron leidden uiteindelijk tot de keuze om pastelportretten en dagelijkse scènes op linnen te zetten. Een weerbarstige ondergrond, die weinig ruimte voor correcties laat. Maar linnen geeft het pastelwerk een robuuste, trefzekere en tegelijkertijd een levendige en warme uitstraling. Het werken met pastelkrijt op linnen is een moeilijke techniek, die Maria de Ruiter de Witt tot in de finesses beheerst.
Kunstenaars Collectie (1 Afbeeldingen)